Wie denkt dat het er hier in Zweden allemaal vreedzaam aan toe gaat, heeft het mis. Vorige week was in het nieuws dat er 486 beren in Zweden mogen worden afgeschoten. Maar naast beren wordt er nog veel meer geschoten.
Toen ik vorig jaar meedeed met de O ringen (de grootste oriënteringswedstrijd ter wereld), maakte ik kennis met biatlon oriëntering; oftewel: oriëntatielopen en schieten. Na het proefrondje labyrint oriënteren en laser schieten was ik verkocht. Mijn vreugde was dan ook groot toen ik ergens in maart dit jaar een aankondiging van een 6 daags biatlon oriënteringskamp met echte biatlon wapens voorbij zag komen. Ik hoefde dan ook niet lang na te denken en gaf me gelijk op.
Midden juni was het zover: ik reed naar de vesting van Karlsborg waar we in de kazerne overnachtten. Alleen dat al was een mooie belevenis omdat de vesting een heel verhaal heeft. Toen Zweden in 1809 de oorlog van Rusland verloor moesten ze Finland afstaan aan Rusland. Daarom werd er bepaald dat Karlsborg de reserve hoofdstad van Zweden moest worden en dat er een vesting moest komen. De geplande tijd van bouw was 10 jaar, maar uiteindelijk heeft het 90 jaar geduurd om het af te ronden. Toen de vesting klaar was, was hij alweer verouderd en is dus nog maar heel kort actief in gebruik geweest. Nu wordt de vesting onder andere gebruikt als kazerne.
Na aankomst mochten we onze tassen in onze slaapzalen leggen. Wij sliepen in slaapzalen in het langste gebouw van Zweden (687 meter lang). Naast veel kinderen en een paar ouders van de kinderen waren er ook een aantal militairen die deelnamen aan het kamp. Ik viel als enige niet ouder en niet militair een beetje uit de toon, maar dat ben ik inmiddels wel gewend.
In de middag renden we een rondje over de vesting om de verschillende mooie gebouwen van de vesting te bewonderen.
‘ s Avonds werd er meer uitleg gegeven over hoe biatlon oriëntering werkt. Biatlon oriëntering komt oorspronkelijk uit de militaire wereld. Er zijn verschillende varianten van oriënteren: estaffette, sprint, massastart en de klassieke afstand.
De klassieke variant heeft als onderdeel puntoriëntering; iets wat compleet nieuw was voor mij. Dit houdt in dat je bij de start een blanco kaart krijgt (dus geen kaart waar punten al ingetekend zijn).
Na de start moet je de lintjes volgen die er uitgehangen zijn. Je mag alleen vooruit lopen, dus niet terug. Zodra je bij een checkpoint bent, aangegeven door een vierkant vak met daarin een blauwe of gele vlag, moet je bepalen waar het checkpoint is en mag je het vak niet verlaten. Bij een checkpoint met een blauwe vlag moet je de locatie van de vlag bepalen.
Met een veiligheidsspeld prik je vervolgens in de kaart om aan te geven waar je denkt dat het checkpoint is. Voor elke milimeter afwijking krijg je 1 strafminuut bijgeteld, dus je moet naast een goed inschattings- en kaartleesvermogen ook nog een stabiele hand hebben om de speld juist in de kaart te prikken!
De gele checkpoints zijn nog wat lastiger. Vanaf de gele vlag moet je inschatten waar het wit/oranje scherm hangt. Dat kan zelfs 400 meter verder zijn dan de plek waar je staat, dus je moet eerst speuren waar je het scherm ziet hangen, en dan vervolgens inschatten waar het is zonder er zelf naar toe te lopen. Dat is best lastig dus.
De volgende ochtend gingen we na het ontbijt direct de schietbaan op. De schietbaan lag op 5 minuten lopen van onze accommodatie en had een mooi uitzicht over het meer Vättern. Na uitleg over de wapens en het veilig hanteren daarvan, konden we beginnen met liggend schieten op papieren schijven.
Na de lunch werd het tijd om naar het bos te gaan om kennis te maken met puntoriëntering.
We werden in militaire busjes geladen en zo reden we naar het bos toe. De eerste punten waren vrij eenvoudig (zelfs de gele checkpoints) maar mijn vreugde van ‘dat puntoriënteren is toch makkelijker dan ik dacht’ duurde niet lang.
Toen ik in het bos aankwam was het erg lastig om te bepalen bij welke van de vele kuilen die er op de kaart stonden ik stond. En om de kuil in te schatten waar een oriënteringsscherm hing die een paar honderd meter van een geel checkpoint af lag, was al helemaal lastig. Het was een training, dus we mochten dit keer wel overleggen (maar dat maakte het er niet veel makkelijker op). Bij de finish bleek dat ik niet de enige was met veel straf minuten!
Na het avondeten mochten we weer op de schietbaan gaan schieten. Dit keer niet op papieren doelen, maar op de ‘normale biatlon’ doelen. Het leek me leuk om ook staand te schieten, dus ging ik na een paar keer liggend te hebben geschoten staand schieten.
Toen ik aan mijn tweede magazijn begon, schoot ik toen ik voor mijn gevoel goed stabiel stond – tot grote verrassing van mezelf en de toeschouwers- opeens 5 keer achter elkaar raak! Waarschijnlijk was dat beginners geluk, want die score heb ik helaas niet meer kunnen evenaren en het is me ook niet meer gelukt om dat ‘ik sta nu super stabiel’ gevoel te krijgen.
Ik heb ook gemerkt dat focus met schieten heel belangrijk is. Dus hoe langer ik achter elkaar aan het schieten was, hoe slechter mijn scores werden. En toch bleef ik elke ochtend en avond lekker doorschieten totdat het tijd was om te stoppen want ‘deze kans krijg je maar een keer’.
Zo ging deze dagindeling elke dag door: vanaf 7 uur ontbijten in de eetzaal van de kazerne, 8:30 uur op de schietbaan, 11:30 uur lunch, 13 uur in de militaire busjes naar het bos om te puntoriënteren, 16:30 uur avondeten, 18:00 uur naar de schietbaan (en doorschieten tot je er bij neervalt (of liggend gaat schieten )), 20:30 uur boterhammetje eten en daarna naar bed.
Dus al snel was ik in de routine van : Sleep, eat, shoot, eat, orienteer, eat, shoot – repeat.
Op de een na laatste dag was het tijd voor de wedstrijd: een sprint over de vesting met een normale oriënteringskaart. Daarna naar de schietbaan voor de eerste sessie liggend schieten. Vervolgens een kaartwissel voor deel 2 van het oriënteren en als afsluiter staand schieten.
Helaas haakten mijn 2 concurrentes, 2 moeders die wat minder fanatiek waren dan in, al voor de start af waardoor ik als enige in mijn klasse aan de start stond. Desondanks wilde ik toch zo snel mogelijk finishen met als gevolg dat ik veel te fanatiek rende en hijgend bij de schietbaan aankwam. Zelfs liggend schieten was niet meer zo makkelijk (daar kwam bij dat er ook een rare harde wind waaide) en dus kreeg ik als beloning een aantal strafrondjes aan mijn broek.
Gelukkig bleek ik niet de enige te zijn met strafrondes: zelfs de militairen met eigen wapens hadden evenveel strafrondes als ik.
’s Avonds was er na de gezellige barbecue de prijsuitreiking en omdat ik geen oriënteringsfouten had gemaakt, werd ik eerste (en tevens laatste vanwege 2 DNS deelnemers) in mijn klasse.
Dat was voor herhaling vatbaar, dus ik hou de aankondigingen voor het kamp van volgend jaar nu al in de gaten zodat ik volgend jaar weer de eerste inschrijver ben!
Ontzettend leuk Katja, weer een sport erbij.
Als je in Nederland bent kun je altijd op Bedaf komen oefenen,
Ik denk dat er wat concurrentie die kant op moet komen. Beetje uitdaging.
Weer een prachtig avontuur.
Jammer dat de andere afhaakte maar dat zegt natuurlijk al genoeg. Ze waren bang voor jou.
Wat ben je toch actief en goed bezig Katja.
Ondanks dat we elkaar niet meer zien ben ik blij dat je het goed naar je zin hebt. Voor jou een goede keus.
Leuk Katje ,zulke belevenissen. En op Bedaf kun je nu ook terecht, dat heb je vast van Marit wel gehoord.arit heeft ervoor gevochten hoor. Lieve groetjes Martin en Tineke
Wat heerlijk geschreven weer Katja
Leuk hoe je steeds weer nieuwe dingen tegenkomt
Groetjes, Agnes