In mijn vorige blog heb ik een tipje van de sluier opgelicht over de ’typische Zweed’. Maar toen ik hem gepost had, kwam ik erachter dat ik de helft vergeten ben. Vandaar deze aanvulling. Dat Pippi Langkous, oftewel Pippi Långstrump, typisch Zweeds is, is voor jullie geen nieuws. Maar… ik ben sinds mijn bezoek aan de loppis (een tweedehands markt wat typisch Zweeds is) de trotse bezitter van een boek van mijn heldin Pippi Långstrump!
Een van de dingen die me al snel opviel was de muziek die er op de radiozenders wordt gedraaid. Mensen die me kennen, weten dat ik geen muziekkenner ben, maar nu ik in Zweden ben, krijg ik bijna het gevoel dat ik wel een muziekkenner ben. De reden hiervan is niet dat ik opeens enorm muzikaal ben geworden, maar omdat hier gewoon heel veel oude muziek gedraaid wordt, dat ook nog eens veel herhaald wordt. Nu komt het zelfs voor dat ik aan het begin van een nummer denk ‘he….dat is dit nummer’, dat is voor mij een nieuwe ervaring!
Afgelopen zondag heb ik weer 2 huizen bezichtigd, en iets wat ik vergeten te noemen was, dat de typisch Zweedse badkamerafvoerputjes er hier merkwaardig uitzien (zie bovenstaande foto). Vaak is dat voor de afvoer van de wasmachine, en wordt de slang van deze afvoer in het doucheputje verwerkt. Tijdens het douchen is het dus oppassen geblazen dat je niet met je teen achter de afvoerpijp blijft hangen! Ook de ‘dubbele ramen’ die ze hier in Zweden hebben, zijn bijzondere creaties. Dat zijn eigenlijk twee tegen elkaar aan geplakte kozijnen met enkel glas (waar de kou heel makkelijk doorheen komt en waar je soms ook vliegen en vuiltjes tussen ziet liggen).
Inmiddels ben ik er ook achter dat je niet ‘niets’ kunt regelen zonder persoonsnummer. De elektriciteit voor mijn appartement heb ik met ‘wat’ wachten zonder persoonsnummer kunnen regelen. Met een persoonsnummer kun je de elektriciteit via internet afsluiten, maar helaas lukt dat niet zonder persoonsnummer. De enige manier om het zonder persoonsnummer te regelen is telefonisch. Ik had dat al een paar keer geprobeerd, maar de wachttijd was elke keer langer dan een uur. Omdat ik geen zin had om lang te wachten, dacht ik ‘ik bel later wel terug’. Maar op elk moment van de dag en op verschillende dagen per week was de wachttijd langer dan een uur. Op den duur moest ik wel braaf blijven wachten tot ik aan de beurt was. Het kostte me uiteindelijk 1 uur en 56 minuten wachten aan de telefoon! In Nederland klagen we al als we 15 minuten moeten wachten… In wachten zijn Zweden overigens erg goed. Ook in de supermarkt staat iedereen braaf in de rij, uiteraard op minimaal 1,5 meter afstand van elkaar, en ook al is de rij lang dan hoor je niemand klagen. In Nederland zouden er dan al lang een aantal mensen geïrriteerd lopen roepen dat er een kassa bij moet komen. Heerlijk om zo ongefrustreerd te leven!
Ook is het me gelukt om zonder persoonsnummer een bankrekening te openen. Uiteraard deed ik mijn 3e bezoekje aan de bank weer op de fiets: een retour fietstochtje van 40 kilometer over besneeuwde en ijzige wegen door de heuvels. Op de fiets is het hier echt genieten en veel fijner dan in de auto over de wegen glibberen. Ik begin steeds behendiger te worden in het fietsen over ijs en sneeuw (lang leven mijn spijkerbanden!). Nog even en ik kan meedoen met het WK veldrijden voor senioren! Ha ha ha….ik ben echt geen technische fietser maar dankzij die spijkerbanden voel ik me dat soms wel als ik een ijzige heuvel op of af rij. Voor het fietsen in papperige sneeuw kan ik overigens nog wel wat tips van mijn achternichtje Puck Pieterse gebruiken!
Over fietsen gesproken: dat is hier blijkbaar niet zo algemeen. Bij de langlaufloipe word ik elke keer aangesproken door langlaufers die het bijzonder vinden dat ik op de fiets naar de loipe kom. Dat is een leuke manier om in contact te komen met Zweden. Ondanks dat mensen zeggen dat het ’typisch Zweeds’ is dat het lastig is om contact met hen te maken, heb ik het tegenovergestelde ervaren. Mensen zijn juist heel open en vriendelijk. Bij de oriënteringsclub ben ik enorm hartelijk ontvangen en ga ik morgenavond naar de clubavond met soep en broodjes. Dat is nog eens letterlijk en figuurlijk een warm welkom (ervan uitgaande dat de soep warm opgediend wordt)!
Tenslotte nog iets ’typisch Zweeds’: de trap naar mijn kelder. Het zou ook ‘niet-typisch-Zweeds’ kunnen zijn, maar als het wel typisch Zweeds is, zou het wel een verklaring kunnen zijn dat er zo weinig Zweden fietsen. De trap naar mijn kelder is enorm (maar dan ook echt ENORM) steil: het hoogteverschil van 1,4 meter wordt in ongeveer 1,5 meter lengte ‘overbrugd’. Dat betekent dat als je met je fiets de kelder in wilt gaan, je fiets met een enorme vaart de kelder in stuitert. Het voorwiel staat al bijna beneden als het achterwiel nog van boven moet komen. Het is elke keer hopen dat ik zelf ongeschonden het soms spekgladde trapje (bedekt met sneeuw en ijs) af kom. De ontwerpers van deze trap zijn vast geen fietsers! Ondanks deze merkwaardige in- en uitgang weerhoudt dat me er niet van om te gaan fietsen. Fietsen is hier heerlijk!
Met je spijkerbanden is dit stukje toch gewoon af te rijden ? Hoef je de trap niet te gebruiken 😇